Ik zal de biologieles op de middelbare school waarin het vrouwelijk lichaam werd besproken door meneer Klaassen - een 67-jarige alleenstaande man die in het donker zijn outfit voor de volgende dag uitkoos - nooit meer vergeten. Waar ik voor de les superveel zin had om meer te weten te komen over mijn lichaam, was dat na die les wel voorbij. Ik kreeg de platonische beelden van het verwekken van een baby, inwendige ejaculatie en het proces van voortplanting niet meer van mijn netvlies. Net als de woorden SCHAAMlippen, SCHAAMstreek en SCHAAMhaar, in combinatie met de consumptie van meneer Klaassen. In de jaren daarna begon ik me steeds meer te realiseren dat ik me tot op zekere hoogte echt moest schamen voor mijn lichaam. Ik mocht me niet te bloot kleden, ik moest op jonge leeftijd al bh’s dragen, en als ik vroeg naar dingen als genot, menstruatie en afscheiding, werd dat al snel de kop ingedrukt. Nu, 16 jaar later, weet ik eindelijk waar mijn minderwaardigheidscomplex en gêne vandaan komen. En weet ik dat het niet tekortkomingen van mezelf zijn, maar de tekortkomingen van de maatschappij. Een daarvan is onze taal. Dus SCHAAMlippen, weg ermee!
Er is namelijk niks om je voor te schamen. Sommige mensen vragen wel eens of deze woorden echt zijn bedacht met die achterliggende gedachte. Ja, lieve mensen, dat zijn ze. Om precies te zijn stamt het af van de Latijnse term ‘pudere’, oftewel ‘zich schamen’. In sommige media staat ook dat het verwijst naar ‘het lichaamsdeel waarvoor men zich schaamt om het te tonen’. Ik vind het vrij ongeloofwaardig om te denken dat vulva eigenaren dit woord zelf voor hun geslachtsdeel hebben bedacht. En daarnaast, waarom gebruiken we dan alleen het woord ‘schaam’ om de AFAB-geslachtsdelen te duiden, en zeggen we niet schaambal of schaameikel?
Dat komt omdat we in een mannengeörienteerde wereld leven. Hierin gaan mannen niet bepaald akkoord met de introductie van een woord wat ze kwetsbaar maakt. Daarnaast zijn zij ook degene die de huidige taal in stand houden. Kijk maar eens naar de Nederlandse taal. Hoe wordt deze samengesteld? Door de Van Dale. En hoe komt de Van Dale tot stand? Door de woorden die ieder jaar gebruikt worden in de media. En wat zien we in de traditionele en digitale media? Een karige representatie van vrouwen. Zo is 29% van de journalisten binnen traditionele media vrouw*, is slechts 1 op de 5 experts die bij digitale media aan het woord komen vrouw*, en als je kijkt naar de hoeveelheid vrouwen* in het algemeen op televisie, is dit 22% ten opzichte van 78% man. Het gesprek wordt dus in de meeste gevallen nog altijd gevoerd door mannen, waardoor ook de woorden die zij gebruiken in de Van Dale belanden. Zo blijven woorden als schaamlippen en schaamstreek, die al decennia lang toe zijn aan verandering, bestaan. Kunnen we daar dan iets aan veranderen?
Ja. Alleen moeten we rekening houden met twee aspecten. De eerste is dat hier veel tijd voor nodig is. De tweede is dat je bij jezelf moet beginnen. Voor mij begint dat met het woord en de betekenis van ‘schaamte’ - en de consumptie van meneer Klaassen - in de prullenbak gooien. Niet alleen in de context waar het aan de AFAB-geslachtsdelen gekoppeld is, maar ook in het algemeen als we het over seks, intimiteit en het lichaam hebben. Het taboe moet eraf. Maar het taboe kan er alleen vanaf als we deze onderwerpen niet langer als ‘geheim’ zien. Als smerig. Als stiekem. Als iets wat niemand doet, maar eigenlijk toch veel mensen doen of willen. Schaamte kan soms zo groot worden dat het de overhand neemt, en je niet meer kan zien hoe trots je mag zijn op je lichaam, maar ook je fantasieën. Natuurlijk is dit een proces wat je niet binnen een dag van je af hebt geschud. Het is iets waar we al sinds het koloniale tijdperk mee gehersenspoeld worden. Toch daag ik je uit om uit deze vicieuze cirkel te stappen en beetje bij beetje die trotsheid te reclaimen. Dat is in ieder geval waar ik nu mee bezig ben. En als ik dan nog even terugpak naar die schaamlippen die we in de prullenbak moeten gooien: ik ben nog steeds op zoek naar een nieuw woord. Ik ben namelijk nog niet tevreden over de opties die de revue zijn gepasseerd. Trotslippen? Prachthaar? Not our finest definitions. Misschien dan toch maar vulvalippen en vulva haar? Gewoon benoemen wat het ook echt is? Waag het in ieder geval niet om de woorden van meneer Klaassen - damestuintje, of die van een oud-klasgenoot - gevarendriehoek , in je mond te nemen. I will find you.
Vrouwen*: Met vrouwen bedoelen we mensen die zich identificeren (en/of registreren) als vrouw, afhankelijk van het onderzoek zet ik hier een sterretje bij.